Archief | gedichten RSS feed for this section

oud Iers gebed…

11 okt

Neem de tijd om te werken,

dat is de prijs voor succes.

Neem de tijd om te denken,

dat is de bron van de macht.

Neem de tijd om te spelen,

dat is het geheim van de eeuwige jeugd.

Neem de tijd om te lezen,

dat is de grondslag van wijsheid.

Neem de tijd om aardig te zijn,

dat is de weg naar geluk.

Neem de tijd om te dromen,

dat is de manier om hoog te mikken.

Neem de tijd om te beminnen,

en bemind te worden,

dat is het voorrecht van de goden.

Neem de tijd om eens om u heen te kijken,

de dag is te kort om zelfzuchtig te zijn.

Neem de tijd om te lachen,

dat is de muziek van de ziel.

Beestjes in mijn hart

3 dec

In mijn hart daar woont een “beestje”
En dat “beestje” heet verdriet
Ik voel hem heel erg zachtjes knagen
Niemand anders die hem ziet.
Zachtjes kruipt het beest naar boven
en bouwt een brok, diep in mijn keel.
Nu mogen plots ,de tranen komen,
omdat ik alleen maar huilen wil.

Maar dat “beestje” heeft een makker
En die makker die heet Vreugd
en om de beurten zijn zij wakker
Soms verdriet ,maar soms ook
Vreugd.

Ze leven samen in je hart
En hebben daar een goede tijd
En ook al is er soms ook smart
Daarna komt altijd weer jolijt.

Koester dus de beide “beestjes”
En staar je niet op 1 van beiden blind
Doorsta ’t verdriet en vier de feestjes
Want alleen zo gaat het je voor de wind.

 

 

schrijver onbekend

Rugzak

3 dec

Ieder mens draagt in zijn leven Een onzichtbare rugzak mee. Bergt daarin zijn vreugde en zorgen, Verzameling van wel en wee.

Soms is de rugzak zwaar van stenen, Dan weer vederlicht, Blijft er nog wat ruimte over, Maar dikwijls kan hij niet meer dicht.

Kijk je in een verloren uurtje Heel de inhoud nog eens door, Kan er meestal iets verdwijnen Wat zijn waarde reeds verloor.

Langzaam wordt de rugzak leger `s Levensmiddag gaat voorbij En bij het naderen van de avond, Werpt men een deel der last opzij.

Maar er is nog veel van waarde, Wat men koestert, graag behoudt, Al schijnen het soms kleinigheden, `t Zijn herinneringen, meer dan goud.

Ieder draagt zijn eigen rugzak, Niemand die hem overneemt, En men hoeft ook niet te vrezen, Dat een dief hem ooit ontvreemd!!

Geef me je hand

14 apr

Geef mij je hand

(Toon Hermans)

Geef mij je hand,
geef mij ze allebei,
en vertel me even
dat je niet kunt leven
zonder mij, zonder mij!

Geef mij je hand,
geef mij je hart er bij.
Wil me altijd geven
liefde om te leven
zonnig en blij, zonnig en blij!

Geef mij je hand,
geef mij je lach er bij,
en blijf heel je leven
een beetje vreugde geven
ook aan mij, ook aan mij!

Geef mij je hand,

geef mij ze allebei,
en vertel me even
dat je niet kunt leven
zonder mij, zonder mij!

Impasse

18 dec

Impasse

de man was moe, hij zag het leven niet meer zitten
hij zag zichzelf alleen maar zitten op z’n stoel
hij had geen kracht meer om z’n tuintje om te spitten
en kreeg een grenzeloos, vereenzaamd, leeg gevoel

toen heeft hij heel lang aan zijn kamerraam gezeten
alsof hij wachtte op een teken, een geluid
van buitenaf, dat hem weer nieuwe kracht zou geven
maar tevergeefs keek hij er elke dag naar uit

zo heeft hij héél lang aan dat stille raam gezeten
de tuin werd groen en toen weer grijs en toen weer groen
totdat hij godzijdank ten slotte heeft begrepen
dat er geen teken kwam … dat hij het zelf moest doen
Toon Hermans
Uit ‘Fluiten naar de overkant’

Dit vind ik een gedicht dat raakt.

Before I was a mom…

7 jul
Before I was a Mom…
I made and ate hot meals.
I had unstained clothing.
I had quiet conversations on the phone.

Before I was a Mom…
I slept as late as I wanted.
And never worried about how late I got
into bed.
I brushed my hair and my teeth every day.

Before I was a Mom…
I cleaned my house each day.
I never tripped over toys or forgot words
to lullabies.

Before I was a Mom…
I didn’t’t worry whether or not my plants
were poisonous.
I never thought about immunisations.

Before I was Mom…
I had never been puked on,
Pooped on,
Spat on,
Chewed on,
Peed on,
Or pinched by tiny fingers.

Before I was a Mom…
I had complete control of my mind,
My thoughts.
My body,
And my time.
I slept all night.

Before I was a Mom…
I never held down a screaming child,
So that doctors could do tests,
Or give shots.
I never looked into teary eyes and
cried.
I never got gloriously happy over
a simple grin.
I never sat up late hours
at night
Watching a baby sleep.

Before I was a Mom…
I never held a sleeping baby just because.
I didn’t want to put it down.
I never felt my heart break into a million
pieces.
When I couldn’t stop the the hurt.
I never knew that I could love someone so much.
I never knew I would love being a Mom.

Before I was a Mom…
I didn’t know the feeling of having my
heart outside my body.
I didn’t know how special it could feel to
feed a hungry baby.
I didn’t know that bond between a mother
and her child.
I didn’t know that something so small
Could make me feel so important.

Before I was a Mom…
I had never risen in the middle of the night .
Every 10 minutes to make sure all was okay.
I had never known the warmth,
The joy,
The love,
The heartache,
The wonderment,
Or the satisfaction of being a
Mom.
I didn’t’t know I was capable
of feeling so much!

“mocht je me vergeten”

3 jul

Mocht je me vergeten
wil ik dat
je één ding weet:

Als ik kijk naar de kristalmaan,
de rode tak van trage herfst
bij mijn raam,
als ik, bij het vuur gezeten,
de ongrijpbare as neem
of rimpelig lijf van brandhout,
weet je,
dat alles mij tot jou voert,
alsof alles wat bestaat,
geuren, licht, metalen,
scheepjes zijn die varen
naar jouw eilanden
die me verwachten.

Welnu dan,
als beetje bij beetje
jouw liefde voor mij minder wordt,
zal beetje bij beetje
mijn liefde voor jou minder worden.

Als je me plotseling vergeet,
zoek me niet,
want ik zal je reeds vergeten zijn.

Als je de wind van vlaggen
die door mijn leven waait
waanzinnig en lang vindt,
en je besluit
me aan de oever te laten
van het hart waarin ik wortel
bedenk
dat op die dag, op dat uur,
ik mijn armen op zal heffen,
dat mijn wortels naar buiten komen
om andere grond te zoeken.

Maar als je dag na dag,
uur na uur, voelt
– onverzoenlijk lief –
dat je voor mij bestemd bent,
als, dag na dag, een bloem
aan je lippen ontstijgt
om mij te zoeken,
ach dan, allerliefste,
komt dat vuur weer in mij op,
in mij blust niets
of wordt vergeten,
mijn liefde voedt zich
aan jouw liefde:

zolang je leeft
zal mijn liefde
in jouw armen zijn
zonder mijn armen
te verlaten.

Pablo Neruda

10 dec

Waar is die schouder,
die zal troosten
en veiligheid biedt.
In donkere nacht.

Willem Wilminck

3 dec

Dood zijn duurt zo lang

Het is niet fijn om dood te zijn,
soms maakt me dat een beetje bang.
Het doet geen pijn om dood te zijn,
maar dood zijn duurt zo lang.

Als je dood bent, droom je dan?
En waar droom je dan wel van?
Droom je dat je in je straat
langzaam op een trommel slaat?
Dat iemand je geroepen heeft?
Droom je dat je leeft?

Maar ach, wat maak ik me toch naar,
het duurt bij mij nog honderd jaar
voor ik een keertje dood zal gaan.

Ik laat vannacht een lampje aan

Steen

3 dec

Verdriet kit al mijn krachten samen,

zodat ik roerloos wordt als steen.

Mijn hele wezen wordt materie,

een ondoordringbaar star mysterie,

o sla de rots, opdat ik ween.